Maastricht, Maestricht, Mestreech (Maaslandse Monografieën 65)
In Maastricht sprak men vroeger Nederlands, Frans en vooral in het Maastrichts dialect. Deze cultuurhistorische studie beschrijft hoe de taalverhoudingen in bestuur, onderwijs, communicatiemedia, familie- en verenigingsleven, industrie en handel zijn veranderd gedurende de negentiende eeuw. Het Frans, reeds in de achttiende eeuw door de elite veel gebruikt, speelde na de Franse inlijving in 1795 een belangrijke rol in het leven van alle Maastrichtenaren totdat in 1823, onder dwang van koning Willem I, bestuur en onderwijs vernederlandst werden. Boeken en kranten bleven echter nog lang Franstalig. Industrie en handel richtten zich sterk op Wallonië. Dat veranderde toen Noord-Nederland als afzetgebied werd ontdekt en de Limburgse mijnbouw tot ontwikkeling kwam. De culturele waarde van het Maastrichts dialect groeide na 1840, vooral door toedoen van de sociëteit Momus. Rond 1900 was Maastricht een echt Nederlandse stad geworden, waar het Nederlands de schrijftaal was, maar het 'Mestreechs' als spreektaal de boventoon bleef voeren.
Voor meer informatie, zie http://www.shclimburg.nl/maasl...
Hier vindt u tevens een overzicht van alle edities van de Maaslandse Monografieën én kunt u edities bestellen.
Marina Kessels-van der Heijde
2002
90-6550-713-2
Hilversum